Stotteren
Spreken is een complexe vaardigheid. Gedachten, ideeën of gevoelens moeten omgezet worden in taal en taal weer in spraakbewegingen. Vervolgens worden alle, meer dan honderd, spieren die voor spraak nodig zijn, geïnstrueerd om op het juiste moment precies de goede beweging te maken, met de goede snelheid en kracht. Dit vraagt veel coördinatie en een goede timing.
In dit ingewikkelde proces gaat bij iedereen wel eens iets mis, maar bij iemand die stottert is er een stoornis in de timing en coördinatie van dit proces. Ik help kinderen, pubers en volwassenen het stotteren te verminderen en daar beter mee om te gaan. Bij jonge stotterende kinderen is het doel, indien mogelijk, de vloeiendheid te herstellen.
Wat is stotteren
Stotteren is niet-vloeiend spreken: een verzameling van hoorbare, soms zichtbare en vaak ook verborgen symptomen, die per situatie kunnen verschillen. Stotteren heeft dus een binnenkant en een buitenkant. De buitenkant is alles wat de luisteraar op kan merken (hoorbare en zichtbare stottersymptomen); de binnenkant gaat over gedachten en gevoelens behorend bij het stotteren. Deze gedachten en gevoelens kunnen extra spanning geven die het vloeiend spreken negatief kunnen beïnvloeden.
- Hoorbare symptomen kunnen zijn: herhalingen van zinsdelen, woorden, lettergrepen of klanken, verlengingen en blokkades.
- Zichtbare symptomen kunnen zijn: meebewegingen in het gezicht of van ledematen, wegkijken tijdens het stotteren en/of aan spreken gekoppelde ‘tics’.
- Verborgen symptomen kunnen zijn: spreekangst, stotterangst, vermijden van spreeksituaties (sociale angst), minderwaardig voelen, schaamte. Vooral de verborgen symptomen kunnen leiden tot leerproblemen, minder presteren of psychosociale problematiek.
De mate van stotteren hoeft niet altijd hetzelfde te zijn. De ene dag kan iemand die stottert erg moeilijk spreken, de andere dag is er nauwelijks iets van te merken. Er kunnen afwisselende periodes zijn met of zonder spreekmoeilijkheden. Ook kan het stotteren wisselend zijn per situatie of bij bepaalde mensen.
Feiten over stotteren
Er is niet één specifieke oorzaak van stotteren aan te wijzen. Stotteren is een combinatie van een stoornis in de timing en coördinatie van het hele spreekmechanisme samen met uitlokkende factoren onder andere op het gebied van spanning en snelheid. Er is altijd een aanlegfactor aanwezig.
- De aanleg voor stotteren is enigszins erfelijk.
- De kans dat een kind gaat stotteren is 5 procent. Bij kinderen van stotterende ouders is de kans om te gaan stotteren groter, namelijk 25 procent.
- Als kinderen beginnen met stotteren, hoeven ze niet te blijven stotteren. Uiteindelijk heeft 1 procent van alle onvloeiend sprekende kinderen last van blijvend stottergedrag.
- In Nederland stotteren 150.000 à 200.000 mensen, waarvan 20.000 ernstig.
- Er bestaan geen pillen of wondermiddelen tegen stotteren.
- Iedereen stottert op een andere manier en ervaart het stotteren anders. Daarom bestaat er ook geen standaardtherapie voor stotteren.